Totaal aantal pageviews

zondag 30 december 2012

(26)Met minder gelukkig.

Het jaar is ten einde, de dagen van overdaad -oftewel de dagen die wij 'feestdagen' noemen- liggen alweer bijna achter ons. Het was een jaar waarin we weer naar de stembus mochten, een nieuwe regering werd geformeerd en een regeerakkoord dat bovenmodaal Nederland op z'n achterste poten zette werd gepresenteerd. Linkse partijen zijn voor nivelleren in tegenstelling tot rechts, dat weten we maar als een rechtse partij linkse trekjes krijgt dan worden haar stemmers boos. Het is een menselijke trek dat we bang zijn dat ons iets wordt afgenomen. We zijn immers tweeënhalve keer banger om iets te verliezen dan dat we bereid zijn moeite te doen om het te verkrijgen. We gaan in het nieuwe jaar achteruit in koopkracht, maar worden we ook ongelukkiger? Vaak denk ik dat de crisis ons weer terug brengt naar waar we vandaan komen. Hoe vaak spreken we vol lof over de tijd van vroeger terwijl we er niet meer in zouden kunnen leven?

Een jaar geleden plaatste ik een artikel 'Op Jouw Sterfbed' waarin ik de tweeverdieners wilde waarschuwen om niet te veel van hun opgroeiende kinderen te missen. Ik wil allerminst een beschuldigend vingertje uitsteken naar tweeverdieners want mijn vrouw en ik horen daar ook bij. Ik pleit ervoor om naast het broodnodige werken ook tijd vrij te maken om te genieten van je gezin. Soms lijkt het of meer inkomen het enige is dat mensen nog gelukkig kan maken. De stelling; 'geld maakt niet gelukkig' gaat niet altijd op. Als er nog openstaande rekeningen zijn die je moet betalen waar je geen geld voor hebt dan kun je je daar behoorlijk beroerd bij voelen. Ik kies voor: 'MEER geld maakt niet gelukkiger' en hiermee kom ik tot de kern van deze column. HOEVEEL IS GENOEG?

Er is verschil tussen 'behoefte' en 'verlangen'. In de mooie tijd van vroeger wist men feilloos het verschil. Het besteedbaar inkomen was bedoeld voor de behoefte en het spaarpotje voor de verlangens. In 1974 keken we de wereldkampioenschappen voetbal op een zwart-wit televisie. Een kleurentoestel was slechts een verlangen. We spaarden er tot de kampioenschappen van 1978 voor. Nu, geruime tijd later, zijn de verlangens grenzeloos. We willen meer consumeren en weigeren te kiezen voor meer vrije tijd. De bedoeling van de groei van technologie was het verkrijgen van meer vrije tijd maar de reclames creëren een kunstmatige behoefte. De grens tussen behoefte en verlangen is vervaagd en meer geld maakt schijnbaar gelukkiger.

In 'How Much Is Enough' leggen de schrijvers Robert en Edward Skidelski het verschil uit tussen behoefte en verlangen. Behoeften hebben een verzadigingspunt. Verlangens daarentegen bezitten geen gebruikswaarden en kun je onbegrensd aanschaffen. Het ontbreken van het verzadigingspunt maakt dat tweeverdieners steeds meer willen werken om nog meer te kunnen consumeren. Echter ze hebben niet in de gaten dat ze niet gelukkiger worden, op de automatische piloot storten ze zichzelf in een burn-out of een andere ongelukkige situatie. Immers, het bezit van de zaak is het einde van het vermaak. Er is nog nooit iemand langdurig gelukkig geworden van de laatste nieuwe I-pad of die half betaalde nieuwe auto. Mensen laten zich graag manipuleren door reclame of hun omgeving en vergeten de kleine dingen waarvan ze ooit gelukkig werden.

Kunnen we gelukkig worden met minder? Ik denk het wel. Sinds 2008 heerst er een economische crisis maar ik ben er van overtuigd dat dit het begin is van een schitterend tijdperk waarin we weer waarde hechten aan zaken die er echt toe doen. Wat werden we verwend door de waardestijging van ons huis. Hypotheekverhogingen gaven ons financiële ruimte om die dakkapel eindelijk te laten bouwen of om ons huis te vergroten maar was die waardestijging reëel? De waarde van iets wordt immers bepaald door de verhouding van vraag en aanbod dus is waarde slechts een emotie van het moment. Onlangs zat een klant in mijn knipstoel en vertelde me dat hij voor het hele gezin nieuwe matrassen had gekocht. Toen ik de loftrompet blies over zijn verstandige aanschaf zei hij direct daarna dat dit een aanslag op hun wintersportvakantie was. Ik vroeg hem of een dergelijke vakantie noodzakelijk was. Hetgeen hij niet begreep was dat goede matrassen een behoefte is en een tweede vakantie, een verlangen.

Ik ben er heilig van overtuigd dat we door minder te (willen) consumeren meer vrije tijd beschikbaar kunnen maken en daardoor gelukkiger worden. Spiegel je niet aan de mensen die de laatste nieuwe 'gadgets' aanschaffen en aan hun schijnbaar gelukkige leven. Je weet niet half hoe ze lijden. Het gros doet zijn uiterste best om mensen te laten geloven dat ze gelukkig zijn maar in werkelijkheid gaan ze gebukt onder hun grenzeloze hebzucht. Ik zie wel wat 2013 me brengt. Ik maak me niet druk over verhoging van de ziektekosten of  het verminderen van de koopkracht. Ik consuminder!! En ik geniet van datgene wat mij gelukkig maakt.

Ik wens al mijn lezers een gelukkig Nieuwjaar, met of zonder gevulde bankrekening!

Namasté.

soortgelijk artikel:

Op jouw sterfbed

zondag 16 december 2012

(25) Zonder RESPECT geen.....

December 2012 wordt gedomineerd door één woord. namelijk: RESPECT.
Na de zware mishandeling met dodelijke afloop van een grensrechter in Almere lijkt zinloos geweld ineens meer aandacht te krijgen dan voorheen. Moesten we nu al die tijd wachten dat er een mishandeling op een voetbalveld plaatsvond? Is de mate van belangrijkheid afhankelijk van de plaats waar het delict plaatsvindt?
Zal Richard Nieuwenhuizen  het uitverkorene slachtoffer zijn die voor een ommekeer in onze samenleving zorgt?

Journalistiek is selectief. Iemand die denkt dat ie iets mist zonder journaal te kijken heeft het mijn inziens mis. Het nieuws moet sensationeel zijn en moet het waard zijn om voor op te blijven. Vóór het reclameblok wordt al gepropageerd voor de items die je in het journaal kunt verwachten. Maar niets is wat het lijkt. Er is meer aan de hand, meer zaken die even belangrijk zijn maar de headlines niet halen. In juni van dit jaar werd in het centrum van Sittard de 23 jarige Glenn van Haen door een bokser doodgeslagen. Van Haen die enige tijd ervoor een ruzie suste tussen twee ruziënde partijen tijdens een voetbaltoernooi zou wel "te grazen" worden genomen. Als je niet in Zuid-Limburg woont weet je hier niets van af!

Ik ken maar heel weinig mensen die de laatste tijd de mond niet vol hebben van het woordje respect. Er zijn hele volksstammen die moeite hebben met het geven van respect. Respect hebben zit vaak in hele kleine dingen. Respectvol zijn uit zich niet in grootsheid. Ik heb mijn kinderen bijvoorbeeld geleerd dat je geen respect hebt voor mensen als je vuil op straat gooit. Wanneer je een leeg blikje op straat gooit dan heb je geen respect voor degene die het op moet rapen. De hoeveelheid straatvuil zegt meestal iets over de mensen die er wonen en hun respect naar bepaalde beroepen.
Respectloze mensen hebben ook een "mannetje" die de tuin schoffelt, of noemen de loodgieter "mannetje".
Een vriend van me vraagt standaard of de meneer die "mannetje" genoemd wordt, niet groter is dan één-meter-vijftig. Toen hij me dit vertelde heb ik dat overgenomen en ik moet eerlijk bekennen dat dit een geweldige spiegel is die je iemand kan voorhouden. Mensen die respect hebben voor iedereen hebben geen "mannetjes". Neen, zij kennen een meneer die helpt in de tuin en daar krijgt hij een vergoeding voor. Respect heb je voor de loodgieter, de interieurverzorgster, de straatveger et cetera

Respect hebben is aangeleerd gedrag, je krijgt het mee in je opvoeding. Respect hebben leer je niet na een stille tocht. Ik heb trouwens helemaal niets met stille tochten omdat ik dat een podium voor slecht gedrag vind. Ik geloof niet dat alle stille tochten van de laatste jaren iets hebben bijgedragen aan het terugdringen van zinloos geweld. Vorige week zag ik ineens een poster aan het raam van mijn overburen met de titel: Zonder respect geen voetbal. Omdat mijn overbuurman bij de KNVB werkt keek ik er niet van op. Verder heb ik de poster ook nergens meer gezien. Dinsdag las ik een column in het Limburgs Dagblad waarin de schrijver beweert dat er in de wijk Galgenwaard in Utrecht aan ieder raam zo'n poster hing. In Galgenwaard wonen de meeste licht-ontvlambare voetbalsupporters van Utrecht. Ik vraag me af: zou het naïef van mij zijn om nu te geloven dat iedereen met zo'n poster aan het raam met respect voor de tegenstander naar de eerst volgende thuiswedstrijd gaat?

De jonge mensen die Richard Nieuwenhuizen de dodelijke klappen gaven zullen beslist gevonden hebben dat deze grensrechter hen respectloos behandelde door te vaak te vlaggen voor buitenspel. De columnist van ons plaatselijke dagblad noemt het zeer treffend: Respect is het tweelingbroertje van gekrenktheid!

Respect, we hebben er de mond vol van maar geven we het net zo makkelijk als we het wensen te ontvangen? Respect is iets wat veel mensen per kilo wensen te krijgen, maar slechts per ons aan anderen willen geven*. 

Laten we nu eens met z'n allen de hand in eigen boezem steken en niet met de beschuldigende vinger naar anderen wijzen. Kijk eens wat je zelf kunt doen, met respect en onbaatzuchtig naar een ander toe. Groet de verkoper van de straatkrant eens net zo vriendelijk als jouw huisarts. Doe het eens gewoon, het geeft een heel apart gevoel. De wereld kan alleen maar beter worden als je bij jezelf begint.

Heal the world, make it a better place!

* citaat van columnist Gerard Kessels

(24) Woorden schrappen voor een gelukkiger leven.

Een tijd geleden schreef ik over taal en wat het met je doet. (nummer 15 dd. 10-01-2012) Ik kan niet genoeg benadrukken dat woordkeuze bepalen  hoe jij je voelt. Onlangs las ik een column waarin de vernietigende kracht van het woord 'belachelijk' werd uiteen gezet. Ik ben er van overtuigd dat we een gelukkiger leven kunnen leiden door het schrappen van enkele woorden uit ons vocabulaire. 

Allereerst raad ik je aan om van mij aan te nemen dat jouw onderbewuste meeluistert terwijl jij praat. Dit onderbewuste kun je vergelijken met een kind van een leeftijd tussen twee en vijf jaar. En ook voor dit fenomeen geldt: kleine potjes hebben grote oren. Zo meteen zal ik een aantal woorden opsommen die ik vervangen of geschrapt heb voor een plezieriger leven of om concreter te zijn waardoor ik duidelijker ben naar anderen toe.

Ik begin bij het gebruik van extremen. Misschien val ik in herhaling maar het gebruik van extremen kan heel schadelijk zijn voor ons welbevinden. De woorden: altijd, nooit, overal, nergens, iedereen, niemand, niets en alles zijn de schadelijkste die ik me kan bedenken. Denk eens na bij de volgende zinnen.
Niemand houdt van mij.
Ik krijg altijd de schuld.
Ik sta altijd voor iedereen klaar.
Iedereen praat erover.
Als ik iemand nodig heb dan zie ik niemand.
Ik win nooit wat.
Kun je je voorstellen als jouw onderbewuste deze uitspraken voor waar neemt? En dat doet het meestal.
Extremen bieden geen ruimte voor alternatieven zoals: bijna overal, veel of vaak. 

Het woordje 'moet' of 'moeten' zou ik graag willen schrappen uit de Dikke van Dale. Moeten associeer je meestal met bezigheden waarvoor je niet zelf gekozen hebt. Als kind speelde 'moeten' een grote rol. Het maken van eigen keuzes was bijna niet mogelijk en het meeste van jouw bezigheden 'moest' je van je ouders, school of kerk. Eenmaal volwassen geworden besef je vaak niet hoeveel vrijheden die je hebt. Je kunt je eigen weg kiezen, actief of passief zijn. Het maakt niet uit welke keuze je maakt in je leven, elke keuze heeft een consequentie en die is voor jou. Als je eenmaal onder de vleugels van jouw ouders uit bent moet je he-le-maal niets meer. Dus stop dan ook eens met dat woord. Je kunt het vervangen door willen of kunnen. Dat is niet gemakkelijk. Als je het woord 'moeten' vervangt door "willen' dan moet je jezelf overtuigen van de voordelen die het je biedt. Een voorbeeld uit mijn eigen leven. 'Ik moet de boekhouding nog doen'. Ik zei steeds 'moet' want ik deed het niet omdat het mijn hobby was. Nu zeg ik: 'ik wil de boekhouding doen', en ik denk aan de voordelen van het af-hebben van de boekhouding. Mensen die moeten werken zouden gelukkiger worden met het besef dat ze kunnen werken. 

Proberen is een veelgehoord woord dat te veel ruimte biedt om iets te laten mislukken. Als je een appel van de fruitschaal pakt zeg je ook niet: ik probeer die appel te pakken. En als je koffie drinkt twijfel je niet dat je het kopje  feilloos naar je mond zou kunnen brengen mits je geen aandoening hebt die jouw centrale zenuwstelsel beschadigde. Waarom 'proberen' mensen zo veel zaken die alleen maar moeilijk zijn vanwege hun twijfel? Ik sluit hier het liefst een uitdrukking achteraan, gewoon omdat het erbij hoort. 'We zien wel waar het schip strandt'. Wanneer je jezelf weet te overtuigen van een succesvolle afloop dan strandt er geen schip maar wanneer je deze uitdrukking steeds weer gebruikt dan verzeker ik je dat het schip vaker strandt dan nodig is.

Het woord dat in mijn leven de meeste van mijn planningen overhoop gooide was: 'eigenlijk'. Het gebruik van 'eigenlijk' betekent dat je geen besluit neemt over ja of nee. Zodra iemand je om een gunst vraagt en je hebt er eigenlijk geen zin of tijd voor dan ben je vaag genoeg om drammerig gedrag van de ander uit te lokken. Als je eigenlijk geen tijd hebt voor een ander dan ben je onduidelijk over het wel of niet hebben van tijd voor de ander. 
De klanten die te laat belden en waarvoor ik eigenlijk geen tijd had knipte ik tijdens pauzes of na sluitingstijd. Mijn inziens is het in zakelijk opzicht beter om een klant 'JA' te verkopen dan 'NEE'.  Ja of nee zeggen schept duidelijkheid voor zowel degene die vraagt als hij die antwoordt. 

Sinds taal mijn passie is ben ik steeds meer gaan begrijpen dat taal bepalend kan zijn voor je humeur en je wereldbeeld. Degene die zegt dat de wereld rot is en dat er niemand deugt maakt een vreselijke tijd door op aarde en heeft jammer genoeg geen oog voor de vele fijne mensen die eveneens de aarde bevolken. 

Als dit onderwerp jou interesseert verwijs ik graag naar een heel goed Ankertje: Gevangen In De Taal van Paul Liekens. Ankertjes zijn boekjes van pocketformaat van uitgeverij Ankh Hermes en kosten doorgaans vijf of zes Euro.

Wil je meer lezen over de vernietigende kracht van het woordje 'belachelijk' klik dan hier.